GarageBand - GarageBand in één oogopslag

background image

GarageBand in één oogopslag

Dit hoofdstuk bevat een overzicht van het GarageBand-
venster. Hierin vindt u informatie over de naam en locatie
van regelaars en wat de functie is van deze regelaars.

Het wordt aanbevolen om in ieder geval dit hoofdstuk door te nemen, ook als u de
oefeningen in deze handleiding niet gaat uitvoeren. Als u de namen en functies van
de GarageBand-regelaars kent, is het namelijk een stuk eenvoudiger om in GarageBand
Help een antwoord op uw vraag te vinden. Mogelijk zijn de beschrijvingen die u hier
vindt zelfs genoeg om u aan de slag te laten gaan met uw eigen projecten.

Het GarageBand-venster bevat de tijdbalk, de loopbrowser, de editor en het paneel
'Spoorinfo'. In de tijdbalk kunt u instrumenten opnemen, segmenten arrangeren en uw
projecten mixen. In de loopbrowser kunt u loops zoeken. In het paneel 'Spoorinfo' kunt
u andere instrumenten en effecten kiezen.

background image

10

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

GarageBand-venster

H

G

F

E

C

F

D

B

A

background image

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

11

A

Tijdbalk: De tijdbalk bevat de sporen waarin u instrumenten opneemt, loops toevoegt en
segmenten arrangeert. Deze balk bevat ook de maatliniaal, die u gebruikt om de afspeelkop te
verplaatsen en onderdelen in de tijdbalk te synchroniseren. Zie “Tijdbalk” op pagina 12 voor een
beschrijving van de kenmerken en regelaars van de tijdbalk.

B

Begin van de sporen: Het symbool en de naam van het instrument worden links aan het begin
van elk spoor weergegeven. Klik op de naam van het spoor om het een nieuwe naam te geven.

Klik op de opnameactiveringsknop (de knop met het rode rondje) om het spoor te activeren
voor opname.

Klik op de knop met het luidsprekersymbool om het geluid van het spoor uit te schakelen.

Klik op de soloknop (de knop met het koptelefoonsymbool) om alleen het desbetreffende spoor
te horen.

Klik op de vergrendelknop voor het spoor (de knop met het hangslotsymbool) om het te
vergrendelen.

Klik op het driehoekje om de automatiseringscurve van het spoor weer te geven.

Sleep de panningregelaar om de panning (de plaatsing links en rechts in het stereobeeld) van
het spoor aan te passen.

Sleep de volumeschuifknop om het volume van het spoor aan te passen. Aan de niveaumeter
kunt u het volumeniveau van het spoor aflezen, zowel tijdens de opname als tijdens het
afspelen.

C

Zoomschuifknop: Sleep de zoomschuifknop om in te zoomen, zodat u een gedeelte van de
tijdbalk gedetailleerder kunt bekijken, of om uit te zoomen, zodat een groter gedeelte zichtbaar
is.

D

Knop voor het toevoegen van een spoor en editorknop: Klik op de knop met het plusteken om
een spoor toe te voegen onder de bestaande sporen in de tijdbalk. Klik op de editorknop om de
editor te tonen of te verbergen.

E

Transportregelaars: klik op de opnameknop om de opname te starten.

Klik op de afspeelknop om het afspelen van het project te starten of te stoppen.

Klik op de beginknop, de terugspoelknop of de vooruitspoelknop om de afspeelkop naar een
ander gedeelte van het project te verplaatsen.

Klik op de lusknop om het lussegment in of uit te schakelen.

F

Lcd: Het lcd heeft vijf modi: Tijd, Maten, Akkoord, Stemapparaat en Project. Klik op het symbool
links in het lcd om een andere modus te kiezen.

In de modus 'Tijd' geeft het lcd de positie van de afspeelkop weer in kloktijd (uren, minuten,
seconden, fracties van seconden). Sleep de getallen of klik er dubbel op om de afspeelkop te
verplaatsen.

In de modus 'Maten' geeft het lcd de positie van de afspeelkop weer in muziektijd (maten, tellen,
tikken). Sleep de getallen of klik er dubbel op om de afspeelkop te verplaatsen.

In de modus 'Akkoord' kunt u akkoordsymbolen zien wanneer u een software-instrument
bespeelt.

In de modus 'Stemapparaat' kunt u een gitaar stemmen in een spoor voor een elektrische gitaar
of voor een fysiek instrument.

In de modus 'Project' kunt u een andere toon- en maatsoort voor het project kiezen en het
tempo van het project wijzigen.

background image

12

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

Tijdbalk

De tijdbalk bevat de sporen waarin u instrumenten opneemt, loops toevoegt
en segmenten voor uw muziek arrangeert.

G

Schuifknop en niveaumeter voor het mastervolume: Sleep de volumeschuifknop om het
mastervolume van het project aan te passen. Kijk voordat u een project exporteert naar de
niveaumeter om te zien of er sprake is van oversturing.

H

Loopbrowserknop, spoorinfoknop en mediakiezerknop: klik op de loopbrowserknop om
de loopbrowser te openen.

Klik op de spoorinfoknop (de knop met de “i”) om het paneel 'Spoorinfo' te openen.

Klik op de mediakiezerknop om de mediakiezer te openen.

A

D

F

G

E

B

H

I

C

background image

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

13

A

Maatliniaal: Deze geeft tijdeenheden weer in de tijdbalk (tellen en maten of minuten en
seconden). U kunt op de maatliniaal klikken om de afspeelkop naar een willekeurig punt
in de tijdbalk te verplaatsen.

B

Sporen: U gebruikt de sporen in de tijdbalk voor het opnemen en arrangeren van uw muziek.
U kunt sporen toevoegen en voor elk spoor het instrument en de effecten wijzigen.

C

Masterspoor: u kunt de automatiseringscurves in het masterspoor gebruiken om een fade-in
of fade-out toe te voegen, het tempo te wijzigen of delen van het project naar een andere
toonsoort te transponeren.

D

Afspeelkop: Deze geeft het punt in het project weer dat momenteel wordt afgespeeld,
of het punt waar het afspelen begint wanneer u op de afspeelknop klikt. U kunt de afspeelkop
verplaatsen om een ander gedeelte van het project af te spelen. Geknipte en gekopieerde
onderdelen worden geplakt op de positie van de afspeelkop.

E

Arrangementsspoor: U kunt arrangementssegmenten aan het arrangementsspoor toevoegen
om de verschillende secties van een project aan te duiden (zoals intro, couplet en refrein).
Vervolgens kunt u het arrangement van het project eenvoudig wijzigen door de
arrangementssegmenten te kopiëren en te verplaatsen.

F

Rasterknop: kies een notenwaarde voor het tijdbalkraster of kies 'Automatisch' om de waarde
automatisch te laten aanpassen wanneer u in- of uitzoomt.

G

Segmenten:

De opnamen en loops die u aan een project toevoegt, worden als segmenten in de

tijdbalk weergegeven. U kunt segmenten kopiëren en plakken, herhalen, vergroten en verkleinen,
verplaatsen, transponeren en andere wijzigingen aanbrengen om uw muziek te arrangeren.

H

Automatiseringscurve: U kunt automatiseringscurves aan een spoor toevoegen (waaronder
het masterspoor) voor volume, panning en andere parameters. Vervolgens kunt u regelpunten
toevoegen en aanpassen om het mixen en andere parameters automatisch in te stellen.

I

Vergrendelknop afspeelkop: klik hier om de afspeelkoppen in de tijdbalk en de editor
te ontgrendelen, zodat ze elk een ander gedeelte van het project kunnen weergeven.

background image

14

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

Editor

De editor werkt als een microscoop: u krijgt een close-up te zien van de segmenten in
een spoor. U kunt segmenten van fysieke instrumenten en van software-instrumenten
bewerken in de editor.

Voor sporen voor fysieke instrumenten

Als u een spoor voor een fysiek instrument selecteert (een spoor met een blauw label),
geeft de editor een golfvorm weer van de segmenten in het spoor. In de editor kunt u
segmenten inkorten, samenvoegen, verplaatsen, transponeren en een andere naam
geven.

B

E

C

D

A

F

G

I

H

A

Schuifknop voor toonhoogte: sleep de schuifknop om het geselecteerde segment maximaal
twaalf halve tonen omhoog of omlaag te transponeren.

B

Aankruisvak 'Volg tempo en toonhoogte': Schakel dit aankruisvak in om het geselecteerde
segment het tempo en de toonsoort van het project te laten volgen. Het aankruisvak is alleen
zichtbaar wanneer een segment in het spoor is geselecteerd.

C

Schuifknop en aankruisvak voor stemcorrectie: Sleep de schuifknop naar rechts om de mate
van stemcorrectie te verhogen of sleep de schuifknop naar links om de mate van stemcorrectie
te verlagen. Met het aankruisvak 'Op toonsoort' kunt u de verbetering van de toonhoogte
beperken tot noten in de toonsoort van het project.

D

Schuifknop en venstermenu voor verbetering van de timing: Sleep de schuifknop naar rechts
om de mate van timingcorrectie te verhogen of sleep de schuifknop naar links om de mate van
timingcorrectie te verlagen. Kies uit het venstermenu de notenwaarde die u als basis voor de
timingverbetering wilt gebruiken.

E

Zoomschuifknop: Sleep deze knop om in te zoomen voor meer detail, of om uit te zoomen,
zodat u meer van het spoor of het geselecteerde segment ziet. De zoomfunctie in de editor
werkt onafhankelijk van de tijdbalk.

F

Naamveld voor segment: klik dubbel op de naam van het segment en typ een nieuwe naam.

G

Afspeelknop voor segment: klik hier om het geselecteerde segment af te spelen.

background image

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

15

Voor sporen voor software-instrumenten: muziekrolweergave

Wanneer u een spoor voor een software-instrument selecteert (een spoor met een groen
label), geeft de editor het spoor of het geselecteerde segment grafisch (als muziekrol)
weer. In segmenten van een software-instrument kunt u afzonderlijke noten bewerken,
de timing van noten aanpassen en segmenten transponeren en een andere naam geven.
U kunt ook regelaargegevens voor de toonhoogtevariatie, een modulatiewiel of een
sustainpedaal (opgenomen tijdens het spelen op het keyboard) weergeven en
bewerken.

H

Golfvormweergave: hier wordt de golfvorm van de segmenten in het spoor weergegeven.

I

Maatliniaal: Deze geeft de tellen en maten weer voor het gebied dat zichtbaar is in de editor.
Klik op de rasterknop om een notenwaarde te kiezen voor de maatliniaal in de editor.

A

G

H

I

J

B

C

D

F

E

A

Knop voor muziekrol-/notatieweergave: klik hierop om de muziekrolweergave (grafische
weergave) of de notatieweergave van de editor te activeren.

B

Venstermenu 'Weergave': hier kiest u of u noten of regelaargegevens in de editor wilt
weergeven.

C

Schuifknop voor toonhoogte: Sleep de schuifknop om het geselecteerde segment van een
software-instrument maximaal 36 halve tonen omhoog of omlaag te transponeren.
De schuifknop voor de toonhoogte is alleen zichtbaar wanneer een segment in het spoor
is geselecteerd.

D

Schuifknop voor aanslagsterkte: Sleep de schuifknop om de aanslagsterkte van de
geselecteerde noten te wijzigen. De aanslagsterkte van een noot geeft aan hoe hard de toets
wordt ingedrukt wanneer u de noot speelt. De schuifknop voor de aanslagsterkte is alleen
zichtbaar wanneer een segment in het spoor is geselecteerd.

E

Schuifknop en venstermenu voor verbetering van de timing: Sleep de schuifknop naar rechts
om de mate van timingcorrectie te verhogen of sleep de schuifknop naar links om de mate van
timingcorrectie te verlagen. Kies uit het venstermenu de notenwaarde die u als basis voor de
timingverbetering wilt gebruiken.

background image

16

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

Voor sporen voor software-instrumenten: notatieweergave

U kunt sporen en segmenten van een software-instrument ook bekijken en bewerken in
de notatieweergave. In de notatieweergave worden de noten en andere muziektekens
in een segment weergegeven in de standaardmuzieknotatie. In deze weergave kunt
u noten, de aanslag van noten en pedaalmarkeringen bewerken.

F

Zoomschuifknop: sleep deze knop om in te zoomen voor meer detail, of om uit te zoomen,
zodat u meer van het spoor ziet.

G

Naamveld voor segment: klik dubbel op de naam van het segment en typ een nieuwe naam.

H

Afspeelknop voor segment: klik hier om het geselecteerde segment af te spelen.

I

Weergave noten en regelaargegevens: Hier worden de afzonderlijke noten in segmenten van
software-instrumenten grafisch weergegeven. U kunt noten verplaatsen en vergroten of
verkleinen om de toonhoogte, het beginpunt van afspelen en de duur van het afspelen aan te
passen. Om regelaargegevens te zien in plaats van noten, kiest u de gewenste regelaar uit het
venstermenu 'Weergave'.

J

Maatliniaal: Deze geeft de tellen en maten weer voor het gebied dat zichtbaar is in de editor.
Klik op de rasterknop om een notenwaarde te kiezen voor de maatliniaal in de editor.

G

A

H

I

F

E

D

C

B

J

K

A

Knop voor muziekrol-/notatieweergave: klik hierop om de muziekrolweergave (grafische
weergave) of de notatieweergave van de editor te activeren.

B

Venstermenu 'Weergave': hier kiest u of u noten of regelaargegevens in de editor wilt
weergeven.

C

Schuifknop voor toonhoogte:

Sleep de schuifknop om het geselecteerde segment van een

software-instrument maximaal 36 halve tonen omhoog of omlaag te transponeren. De schuifknop
voor de toonhoogte is alleen zichtbaar wanneer een segment in het spoor is geselecteerd.

D

Schuifknop voor aanslagsterkte: Sleep de schuifknop om de aanslagsterkte van de
geselecteerde noten te wijzigen. De aanslagsterkte van een noot geeft aan hoe hard de toets
wordt ingedrukt wanneer u de noot speelt. De schuifknop voor de aanslagsterkte is alleen
zichtbaar wanneer een segment in het spoor is geselecteerd.

background image

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

17

Voor podcast- en filmprojecten: markeringsweergave

Wanneer u een aflevering van een podcast bewerkt, kunt u markeringen in de editor
bekijken en bewerken. U kunt voor elke markering in de lijst met markeringen de
begintijd, de illustratie voor het markeringssegment, de URL, de URL-titel en de
hoofdstuktitel wijzigen. U kunt in de editor ook een illustratie voor de aflevering
toevoegen.

E

Schuifknop en venstermenu voor verbetering van de timing: Sleep de schuifknop naar rechts
om de mate van timingcorrectie te verhogen of sleep de schuifknop naar links om de mate van
timingcorrectie te verlagen. Kies uit het venstermenu de notenwaarde die u als basis voor de
timingverbetering wilt gebruiken.

F

Zoomschuifknop: sleep deze knop om in te zoomen voor meer detail, of om uit te zoomen,
zodat u meer van het spoor ziet.

G

Venstermenu voor sleutel: hier kunt u een andere sleutel kiezen voor de notatieweergave.

H

Naamveld voor segment: klik dubbel op de naam van het segment en typ een nieuwe naam.

I

Afspeelknop voor segment: klik hier om het geselecteerde segment af te spelen.

J

Notatieweergave: Hier worden de noten en andere muziektekens in de standaardmuzieknotatie
weergegeven. U kunt noten verplaatsen om de toonhoogte en het beginpunt van afspelen aan
te passen, en u kunt de afspeeltijd wijzigen.

K

Maatliniaal: Deze geeft de tellen en maten weer voor het gebied dat zichtbaar is in de editor.
Klik op de rasterknop om een notenwaarde te kiezen voor de maatliniaal in de editor.

D

B

A

C

E

F

G

H

I

A

Vak voor illustraties voor afleveringen: Sleep hier een illustratie naartoe die de podcast
symboliseert. (Wordt alleen weergegeven wanneer u een podcast maakt.)

background image

18

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

B

Aankruisvak 'Markeert hoofdstuk': dit geeft aan of de geselecteerde markering een hoofdstuk
markeert.

Aankruisvak 'Toont illustratie': Dit geeft aan of de geselecteerde markering een illustratie bevat
voor het markeringssegment. (Wordt alleen weergegeven wanneer u een audiopodcast maakt.)

Aankruisvak 'Toont URL': dit geeft aan of de geselecteerde markering een URL bevat.

C

Knop 'Voeg markering toe':

hiermee voegt u een markering toe op de positie van de afspeelkop.

D

Markeringslijst: hier wordt voor elke markering de begintijd, de illustratie (voor podcasts)
of het videobeeld (voor video's), de hoofdstuktitel, de URL en URL-titel weergegeven.

E

Kolom 'Tijd': hier wordt de begintijd van elke markering weergegeven.

F

Kolom 'Illustraties': Hier worden de illustratie voor elk markeringssegment weergegeven. U kunt
illustraties toevoegen door afbeeldingsbestanden uit de mediakiezer te slepen. (Wordt alleen
weergegeven wanneer u een audiopodcast maakt.)

Kolom 'Beeld': Hier wordt het videobeeld op de positie van de markering weergegeven.
(Wordt alleen weergegeven wanneer u met een film- of videobestand werkt.)

G

Kolom 'Hoofdstuktitel': Hier wordt de titel van elke hoofdstukmarkering weergegeven.
Klik hierop en voer een titel voor een markering in.

H

Kolom 'URL-titel': Hier wordt de titel van de URL van het markeringssegment weergegeven.
Klik hierop en voer een titel in voor de URL.

I

Kolom 'URL': Hier wordt de URL van elk markeringssegment weergegeven. Voer de URL in van
de website waarnaar u een koppeling wilt weergeven.

background image

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

19

Loopbrowser

In de loopbrowser kunt u snel zoeken naar loops die u aan uw projecten wilt
toevoegen. U kunt loops vinden met behulp van trefwoorden voor een instrument,
muziekgenre of sfeer. U kunt ook zoeken naar tekst en het resultaat op diverse
manieren verfijnen. In de loopbrowser worden voor elke gevonden loop het tempo,
de toonsoort en het aantal tellen weergegeven. Voordat u een loop aan een project
toevoegt, kunt u deze eerst beluisteren in de loopbrowser. Ook kunt u meer loops
toevoegen aan GarageBand door ze naar de loopbrowser te slepen. In de loopbrowser
kunt u op drie manieren naar loops zoeken: de knopweergave, de kolomweergave en
de podcastgeluidenweergave.

Knopweergave

In de knopweergave bevat de loopbrowser een serie knoppen met trefwoorden.
Klik op een knop om de overeenkomende loops in de resultatenlijst weer te geven.
Wanneer u op meerdere knoppen klikt, wordt het resultaat beperkt tot loops die
overeenkomen met alle geselecteerde trefwoorden.

C

E

C

A

B

D

G

F

background image

20

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

A

Weergaveknoppen: klik op een van deze knoppen om de kolomweergave, de knopweergave of
de podcastgeluidenweergave te kiezen.

B

Venstermenu van de loopbibliotheek: kies uit dit venstermenu de loops die u in de
loopbrowser wilt weergeven.

C

Trefwoordknoppen: Klik op een trefwoordknop om overeenkomende loops in de resultatenlijst
weer te geven. U kunt op meerdere trefwoordknoppen klikken om het resultaat te beperken.

Knop 'Herstel': met deze knop deselecteert u alle geselecteerde knoppen, zodat u een nieuwe
zoekactie kunt uitvoeren.

D

Venstermenu voor de toonladder: kies een type toonladder uit dit menu om alleen loops weer
te geven die van die toonladder gebruikmaken.

E

Resultatenlijst: Hier worden loops weergegeven die overeenkomen met de geselecteerde
trefwoorden. Ook worden voor elke loop het tempo, de toonsoort en het aantal tellen
weergegeven. Klik op een loop in de resultatenlijst om de loop vooraf te beluisteren.
Schakel het aankruisvak 'Fav.' van een loop in om deze loop aan uw favorieten toe te voegen.

F

Volumeschuifknop voor het vooraf beluisteren van loops: sleep de schuifknop om het volume
van de loop die vooraf wordt beluisterd aan te passen.

G

Zoekveld: typ tekst in dit veld om loops weer te geven waarvan de bestandsnaam of het pad
de getypte tekst bevat.

background image

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

21

Kolomweergave

In de kolomweergave bevat de loopbrowser kolommen voor het type trefwoord, de
categorieën en de trefwoorden. Klik op een type trefwoord om de categorieën voor dat
type weer te geven. Klik vervolgens op een categorie om trefwoorden weer te geven
en klik tot slot op een trefwoord om overeenkomende loops in de resultatenlijst weer
te geven.

G

I

H

E

C

D

A

B

F

background image

22

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

A

Weergaveknoppen: klik op een van deze knoppen om de kolomweergave, de knopweergave of
de podcastgeluidenweergave te kiezen.

B

Venstermenu van de loopbibliotheek:

kies uit dit venstermenu de loops die u in de loopbrowser

wilt weergeven.

C

Kolom met type trefwoord: klik op een type trefwoord om de categorieën voor dat type
trefwoord in de middelste kolom weer te geven.

D

Kolom met categorieën: klik op een categorie om de trefwoorden voor die categorie in de
rechterkolom weer te geven.

E

Kolom met trefwoorden: klik op een trefwoord om de overeenkomende loops in de
resultatenlijst weer te geven.

F

Venstermenu voor de toonladder: kies een type toonladder uit dit menu om alleen loops weer
te geven die van die toonladder gebruikmaken.

G

Resultatenlijst: Hier worden de loops weergegeven die overeenkomen met de geselecteerde
trefwoorden. Ook worden voor elke loop het tempo, de toonsoort en het aantal tellen
weergegeven. Klik op een loop in de resultatenlijst om de loop vooraf te beluisteren. Schakel het
aankruisvak 'Fav.' van een loop in om deze loop aan uw favorieten toe te voegen.

H

Volumeschuifknop voor het vooraf beluisteren van loops: sleep de schuifknop om het volume
van de loop die vooraf wordt beluisterd aan te passen.

I

Zoekveld: typ tekst in dit veld om loops weer te geven waarvan de bestandsnaam of het pad de
getypte tekst bevat.

background image

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

23

Paneel 'Spoorinfo'

Het paneel 'Spoorinfo' toont het huidige instrument en de huidige effect- en
invoerinstellingen voor het geselecteerde spoor, en de mastereffectinstellingen
voor het masterspoor. U kunt deze instellingen wijzigen in het paneel 'Spoorinfo'.

Sporen met fysieke instrumenten en software-instrumenten

Sommige regelaars in het paneel 'Spoorinfo' zien er voor sporen van fysieke
instrumenten anders uit dan voor sporen van software-instrumenten. (Als dit het geval
is, wordt dat in de volgende beschrijvingen aangegeven.)

A

B

C

D

D

E

F

H

J

I

G

background image

24

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

A

Knop 'Browser': klik hierop om de instrumentenlijst, het symboolmenu en de invoerregelaars
voor het spoor weer te geven.

B

Venstermenu van de instrumentbibliotheek: kies uit het venstermenu de instrumenten die
u wilt weergeven in de lijsten met categorieën en instrumenten.

C

Categorielijst instrumenten: klik op een categorie instrumenten om de instrumenten in die
categorie weer te geven in de instrumentenlijst aan de rechterkant.

D

Instrumentenlijst: selecteer een instrument in de lijst.

E

Venstermenu met instrumentsymbolen: Klik hier om een menu weer te geven waaruit u een
symbool kunt kiezen voor een nieuw instrument. Met behulp van symbolen kunt u sporen met
op elkaar lijkende instrumenten gemakkelijker onderscheiden.

F

Venstermenu 'Invoerbron' (alleen sporen met fysieke instrumenten): kies hier de invoerbron
voor de opname van een fysiek instrument.

Venstermenu 'Monitor' (alleen sporen met fysieke instrumenten): Schakel de monitor in om
uw instrument te horen terwijl u aan het spelen bent. Schakel de monitor uit als u deze feedback
wilt voorkomen.

Schuifknop en aankruisvak voor opnameniveau (alleen sporen met fysieke instrumenten):
Sleep de schuifknop om het invoervolume voor het spoor in te stellen. Schakel het aankruisvak
'Automatische niveau-instelling' in om ervoor te zorgen dat GarageBand het opnameniveau
verlaagt zodat er geen sprake is van oversturing.

G

Knop 'Wijzig': klik hierop om de menu's met effecten en de regelaars voor het spoor weer te
geven.

H

Effectsleuven: Elk spoor bevat een compressorsleuf en vier extra effectsleuven.
Kies een lege effectsleuf en kies vervolgens een effect uit het venstermenu.

Klik op het led-lampje naast een effect om het effect in of uit te schakelen.

Klik op een effectnaam en kies een nieuw effect uit het venstermenu.

Klik op een voorinstelling en kies een nieuwe voorinstelling uit het venstermenu.

Wijzig de volgorde van effecten door het patroon aan de linkerkant van een effect omhoog
of omlaag te slepen.

Venstermenu 'Geluidsproducent' (alleen sporen met software-instrumenten): kies een nieuwe
producent om het geluid van het software-instrument te wijzigen.

I

Schuifknoppen voor Send-effecten: elk spoor bevat schuifknoppen voor het echo- en
galmeffect waarmee u kunt regelen hoeveel uitvoer van dat spoor wordt doorgegeven aan de
echo- en galmeffecten van het masterspoor.

J

Knoppen 'Bewaar instrument' en 'Verwijder instrument': Klik op de knop 'Bewaar instrument'
om een instrument te bewaren. Klik op de knop 'Verwijder instrument' om een bewaard
instrument te verwijderen.

background image

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

25

Spoor voor elektrische gitaar

In het spoor voor elektrische gitaar worden de gitaarversterker en de stompboxeffecten
op het podium weergegeven.

D

A

B

C

F

E

background image

26

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

A

Venstermenu met gitaarvoorinstellingen: kies een gitaarvoorinstelling uit het menu.

B

Gitaarversterker: Hier ziet u een visuele weergave van de geselecteerde gitaarversterker.
Klik op de versterker om de versterkerregelaars onder het podium weer te geven. Plaats de
aanwijzer op de versterker en klik vervolgens op een van de pijlen die verschijnen om een
ander model versterker te kiezen.

C

Stompboxeffecten: Hier ziet u een visuele weergave van de stompboxeffecten in de
geselecteerde voorinstelling. Klik op een stompbox om de bijbehorende regelaars onder
het podium weer te geven.

D

Regelaars: Wanneer de versterker is geselecteerd, worden hier de versterkerregelaars
weergegeven. Wanneer een stompbox is geselecteerd, worden hier de bijbehorende
stompboxregelaars weergegeven. Sleep de knoppen om de instellingen van de versterker
of stompbox te wijzigen. Klik op de aan/uit-knop van een stompboxeffect om het effect
in of uit te schakelen.

E

Knop 'Wijzig': Wanneer de versterker is geselecteerd, kunt u met de knop 'Wijzig'
het versterkermodel, de mastereffecten en de invoerregelaars weergeven. Wanneer een
stompboxeffect is geselecteerd, kunt u met de knop 'Wijzig' alle stompboxeffecten onder
het podium weergeven. Sleep een stompbox naar een van de sleuven op het podium
om een stompboxeffect toe te voegen. Klik op 'Gereed' als u een versterker of stompbox
naar wens hebt aangepast.

F

Knoppen 'Bewaar instrument' en 'Verwijder instrument': Klik op de knop 'Bewaar instrument'
om een instrument te bewaren. Klik op de knop 'Verwijder instrument' om een bewaard
instrument te verwijderen.

background image

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

27

Masterspoor

Wanneer u het masterspoor selecteert, bevat het paneel 'Spoorinfo' informatie over
de algemene project- en effectinstellingen die gelden voor het hele project. Algemene
projectinstellingen zijn het tempo, de maatsoort en de toonsoort. Algemene
effectinstellingen zijn onder andere de echo-, galm-, EQ- en compressorinstellingen.

H

G

A

B

C

D

D

E

F

I

background image

28

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

Met de schuifknoppen voor het echo- en galmeffect van elk spoor regelt u de
hoeveelheid echo en galm die van dat spoor wordt doorgegeven aan de echo-
en galmeffecten van het masterspoor. In het paneel 'Spoorinfo' voor het masterspoor
kunt u de masterecho en -galmeffecten wijzigen.

A

Knop 'Browser': klik hierop om de instrumentenlijst, het symboolmenu en de invoerregelaars
voor het spoor weer te geven.

B

Venstermenu voor mastereffecten: kies hier de mastereffecten die u wilt weergeven in de lijsten
met categorieën en effecten in het venstermenu.

C

Categorielijst mastereffecten: klik op een categorie om de effecten in die categorie weer te
geven in de lijst met mastereffecten aan de rechterkant.

D

Voorinstellingenlijst mastereffecten: klik op een voorinstelling in de lijst om deze instelling op
het project toe te passen.

E

Regelaars voor tempo, toonsoort en maatsoort: sleep de schuifknop voor het tempo om het
tempo van het project te wijzigen.

Kies een toonsoort uit het venstermenu 'Toonsoort' en kies vervolgens een toonladder uit het
venstermenu aan de rechterkant.

Kies een maatsoort uit het venstermenu 'Maatsoort'.

F

Knop 'Wijzig': klik hierop om de menu's met effecten en de regelaars voor het spoor weer te
geven.

G

Spooreffecten: Klik op het led-lampje om de echo- en galmeffecten in of uit te schakelen. Kies
een echo-instelling uit het venstermenu 'Echo'. Kies een galminstelling uit het venstermenu
'Galm'. Met deze effecten regelt u de klank van de Send-effecten in afzonderlijke sporen.

H

Sleuven voor mastereffecten: elk masterspoor bevat een sleuf voor een visuele equalizer, een
compressor en een ducker en één extra effectsleuf.

Klik op het led-lampje naast een effect om het effect in of uit te schakelen.

Klik op een voorinstelling en kies een nieuwe voorinstelling uit het venstermenu.

Kies een lege effectsleuf en kies vervolgens een effect uit het venstermenu.

I

Knoppen 'Bewaar master' en 'Verwijder master': Klik op de knop 'Bewaar master' om de
mastereffecten te bewaren. Klik op de knop 'Verwijder master' om de bewaarde mastereffecten
te verwijderen.

background image

Hoofdstuk 2

GarageBand in één oogopslag

29

Mediakiezer

Met de mediakiezer kunt u nummers uit uw iTunes-bibliotheek, foto's uit uw iPhoto-
bibliotheek, iMovie-projecten en andere videobestanden zoeken en toevoegen.

A

Knoppen voor type media:

klik op de knop voor het type mediabestand waarmee u wilt werken.

B

Lijst met bronnen: Vanuit deze lijst gaat u naar de map die de bestanden bevat die u wilt
weergeven. U kunt ook mappen toevoegen door deze uit de Finder te slepen.

C

Lijst met media: u kunt mediabestanden bekijken of vooraf beluisteren en selecteren om
aan uw project toe te voegen.

D

Afspeelknop: klik hier om het geselecteerde mediabestand af te spelen voordat u het toevoegt.

E

Zoekveld: typ een (deel van een) bestandsnaam om naar bestanden te zoeken.

C

A

B

D

E

background image

3

30

3